
Rijksmuseum van Oudheden x Kunstsokken
Een reis die 2.600 jaar geleden begon
In de stilte van een museumzaal in Leiden rust de sarcofaag van Peftjaoeneith – een tempeladministrateur die rond 650 v.Chr. leefde in het oude Egypte.
Zijn gezicht is groen geschilderd, de kleur van Osiris. Rond zijn lichaam: hiërogliefen, valken en een prachtige bloemenkraag. Elk symbool vertelt een verhaal over goden, bescherming en het geloof dat kunst de dood kan overwinnen.
De Zonen van Horus waakten over zijn organen. Heilige vogels droegen boodschappen van de goden. De brede kraag rond zijn schouders symboliseerde zijn overgang naar het goddelijke.
Nu, meer dan 2.600 jaar later, brengen we deze verhalen terug, in samenwerking met het Rijksmuseum van Oudheden.

Zonen van Horus
De beschermers van het hiernamaals
De oude Egyptenaren vertrouwden de meest kwetsbare delen van een overledene toe aan vier goddelijke broers – de Zonen van Horus. Doeamoetef, met zijn jakhalsenkop, waakte over de maag. Qebehsenoeëf, met zijn valkenkop, beschermde de darmen. Op deze sokken staan ze precies zoals ze 2.600 jaar geleden op de grafkist werden geschilderd, omringd door hiërogliefen uit het Dodenboek – spreuken die Peftjaoeneith moesten helpen om veilig door het dodenrijk te navigeren.

Egyptische Vogels
De taal van de goden
Eén vogel is een god. De andere is een letter. De valk op deze sok is Horus, zoon van Osiris en verantwoordelijk voor de begrafenisrituelen van zijn vader. De uil daarnaast is het hiëroglief voor de klank "-m", gevolgd door een vlaggenstok – het teken dat bij tempels stond en gebruikt werd om goden aan te duiden. Samen vormen ze een stukje van de naam van Atoem, de scheppergod. Dit is hoe de Egyptenaren communiceerden: beelden waren woorden, woorden waren heilig.

Bloemenketting
De kraag die de dood overstijgt
De brede bloemenkraag – in het oud-Egyptisch 'wesekh' – was meer dan sieraad. Het was een beschermend schild dat de overgang van mens naar god markeerde. De valkenkoppen op de schouders verwijzen naar Horachte, de zonnegod, of Sokar, de dodengod. Elke laag bloemen, elk geometrisch patroon werd met precisie geschilderd als een belofte: schoonheid beschermt, kunst overwint de dood. Peftjaoeneith droeg deze kraag op zijn laatste reis. Nu draag jij dezelfde symbolen.





